De Nederlandse luchtmacht in mei 1940

1.Voorgeschiedenis

Oprichting
Op 1 juli 1913 werd een officieel, zij het zeer bescheiden begin gemaakt met de militaire luchtvaart in Nederland. Op die datum werd de Luchtvaartafdeling opgericht. Ze kwam onder leiding te staan van kapitein H. Walaardt Sacré, die zelf nooit een vliegbrevet haalde.
De Luchtvaartafdeling was een onderdeel van de Landmacht en had haar basis op Soesterberg. Het materieel bestond uit ... één, gehuurd vliegtuig, dat de geschiedenis inging als "De brik van Van Meel".

Eerste Wereldoorlog
Ruim een jaar later mobiliseerde Nederland. De Luchtvaartafdeling bestond toen uit bijna een dozijn Farman-anderhalfdekkers. Vanaf de eerste mobilisatiemorgen patrouilleerden ze langs de landsgrenzen. Aan het eind van de Eerste Wereldoorlog bestond de LVA door buitmaking uit bijna honderd vliegtuigen.
Eén van de belangrijkste voorvechters van militatire luchtvaart was Karel Doorman, die in 1942 als schout-bij-nacht in de Javazee ten onder zou gaan. Ook Anton Plesman, oprichter van de KLM, vloog in zijn jonge jaren bij de LVA.

Fokker & Koolhoven
De fabrieken van vliegtuigbouwer Fokker in Amsterdam waren in de volgende decennia de voornaamste leverancier van toestellen. Dit zouden ze tot aan de Duitse inval in 1940 blijven.
Van de kleinere Koolhoven fabriek op Waalhaven werd alleen de FK-51 verkenner afgenomen en de FK-58 jagers besteld, maar nooit geleverd.

2. Dertiger jaren

Naamsverandering
Voor mei 1940 onderging de L.V.A. enkele naamsveranderingen. Zo werd op 1 november 1938 een Luchtvaartbrigade opgezet, die op 1 juli 1939 veranderde in een Commando Luchtverdediging. De L.V.A. heette vanaf die datum Wapen der Militaire Luchtvaart ; M.L. Voor het gemak zal op deze website de afkorting LuVA worden gebruikt.

Nood aan de man :Vierjarenplan
Vanaf het midden van de jaren dertig wilde ook Nederland de landsverdediging verbeteren. Een urgentieprogramma uit 1937 noemde onder andere de aanschaf van anti-tank geschut, vliegtuigen en tanks. Het materieel van de LuVA was ondertussen verouderd. In 1937 bestond het uit 49 C-V's, 12 C-X's, een elftal D-XVI jagers en negen D-XVII jagers. Voor de LuVA werd dan ook in 1938 met de uitvoering van een vierjarenplan begonnen.

Invulling Vierjarenplan
De luchtvloot zou gaan bestaan uit drie hoofdonderdelen.
Het 1e Luchtvaartregiment (1LvR) voor de luchtverdediging, het 2e (2LvR) ter ondersteuning van het Veldleger buiten de Vesting Holland en het 3e was bestemd voor de vliegopleiding.
1LvR werd opgebouwd uit een Strategische Groep (verkenning en bombarderen) en een Jachtgroep.
2LvR bestond uit vier Verkenningsgroepen en een Jachtgroep Veldleger voor bescherming verkenners en grondsteun van het Veldleger.
Het ging in totaal om 162 vliegtuigen voor 1 LvR en 192 vliegtuigen voor 2LvR.

Uitvoering Vierjarenplan
Minister Van Dijk (1937-1939)
Door kostenoverschrijding schrapte Minister van Oorlog Van Dijk (1937-1939) twee van de drie voorgestelde bombardeerafdelingen van 1 LvR. Hij verzuimde om op tijd de door de LuVA voorgestelde Hurricane's, Spitfires dan wel He112's te bestellen. Ook de voorgestelde koop van Do17 strategische verkenner werd niet opgevolgd.
Wel kwamen er orders voor de aanschaf van 16 T-V's, 36-D-21's en 36 G-1's. De bestelling van bommenrekken voor de T-V werd echter slecht geregeld. Ook bestelde Van Dijk 36 FK-58 jagers. Ondanks negatief advies van de LuVA. Vergeten werd om hiervoor motoren in Engeland te bestellen. De in maart '39 bestelde 18 Douglas 8A-3N jagers/bommenwerpers kwamen wel op tijd.

Minister Dijxhoorn (1939-1940)
Dijxhoorn moest vanwege een Duits en Brits exportembargo op jagers zijn heil elders zoeken. Hij kocht in april 1940 24 CW-21B Interceptors. Het is dan al te laat. Motoren voor de FK-58 kunnen ook niet meer gekocht worden. Dijxhoorn weet nog wel 26 G-1/Wasp luchtkruisers te bemachtigen.

Conclusie
Het Vierjarenplan was vooral door fouten van minister Van Dijk in mei 1940 verre van voltooid.
De D-21 was wendbaar, steeg snel, maar had een te lage snelheid. De G-1 met zijn twee staartliggers was zowel snel als wendbaar. Begin '40 bezat de LuVA twintig van deze G-1's. In april werden bij drie van 26 aangekochte exemplaren nog op tijd mitrailleurs ingebouwd. Van de negen T-V bommenwerper beschikten er slechts twee over bommenrekken.
De rest van het LuVA potentieel was dan wel verouderd - C-V, C-X, C-XVII - dan wel ongeschikt -Koolhoven FK-51 - om aan de strijd deel te nemen.

3.Aan de vooravond van de aanval

Loe de Jong's mening over de LuVA
De Jong heeft er in deel 2 van zijn Magnus Opum op p.338 nog het volgende over te zeggen: "...van de 29 D-21s waren ..slechts 7 van radiozenders en -ontvangers voorzien, van de 23 G-1s slechts 14. En tenslotte was, aldus generaal Winkelman in maart '40, bij de luchtgevechten die men in de neutraliteitsperiode had moeten leveren (...),gebleken 'dat verschillende mitrailleurs of geheel of na een korte serie schoten weigerden' : de wapenolie was 'geheel ongeschikt voor gebruik op grote vlieghoogten.' Munitie en vliegbenzine waren er voor drie weken strijd; er waren voor de bommenwerpers alleen lichte bommen beschikbaar ; in de magazijnen stonden wel zware bommen maar daar ontbraken de ontstekingsdoppen nog aan."

Aantal vliegtuigen LuVA mei 1940
Aan de vooravond van de Duitse inval beschikte de LuVA over 125 gevechtsklare toestellen.
Aan deze oorspronkelijke 125 toestellen werden tijdens de meidagen nog 14 toestellen toegevoegd; 1 G-1A en 3 G-1B jagers, 6 D-XVII jagers, en 4 C-V verkenners/lichte bommenwerpers.
 
Jagers Aantal Bommenwerpers Aantal Verkenners Aantal
Fokker G-1 23 Fokker T-V 9 Fokker C-V 11
Fokker D-XXI 28 Fokker C-X 21
Douglas 8A-3N 11 Koolhoven FK-51 16

4. Organisatiestructuur en verspreiding over de vliegvelden

In 1938 werd het Commando Luchtverdediging ingesteld onder bevel van generaal-majoor P.W. Best. Hierdoor werden de vele onderdelen van de luchtverdediging - zoeklichten, luchtverdedigingskringen, luchtvaartbrigade, luchtdoelartillerie - in één organisatie ondergebracht.

Al op 11 april 1939 werd de LuVA gemobiliseerd in het kader van de Buitengewone Oproeping - Uitwendige Veiligheid (BO-UV). Een algehele legermobilisatie volgde pas op 28 augustus 1939. Uit veiligheid werden de LuVA-vliegafdelingen verspreid over meerdere vliegvelden. Uiteindelijk verlieten alle vliegeenheden Soesterberg om zo veel mogelijk  op velden binnen de Vesting Holland te worden ondergebracht.

De vliegtuigen van de LuVA waren (zoals al vermeld) onderverdeeld in drie regimenten.

Het eerste regiment ressorteerde onder het Commando Luchverdediging van generaal-majoor Best en had haar bases op De Kooy, Schiphol, Bergen, en Waalhaven. De staf zetelde op Schiphol.

Het tweede regiment viel onder de Commandant Veldleger (staf in Zeist) en maakte gebruik van de vliegvelden Hilversum, Ruigenhoek, Ypenburg, en Gilze-Rijen.

Tijdens de meidagen zouden sommige toestellen echter ook gebruik maken van de (hulp)vliegvelden Haamstede, Buiksloot, en De Zilk.

Het Depot Luchtstrijdkrachten (opleidingen), nam als derde regiment niet deel aan de strijd. Zij maakte onder andere gebruik van de bases Souburg (Zeeland) en De Vlijt (Texel).
 
1e Luchtvaartregiment
Strategische Verkenners Afdeling 10 C-10 vliegtuigen Vliegpark Bergen
Bombardeervliegtuig Afdeling 9 T-5 vliegtuigen Vliegpark Schiphol
 
Jachtgroep
1e Jachtvliegtuig Afdeling 11 D-21 vliegtuigen Vliegkamp De Kooy
2e Jachtvliegtuig Afdeling 9 D-21 vliegtuigen Vliegpark Schiphol
3e Jachtvliegtuig Afdeling 11 G-1a vliegtuigen Vliegpark Waalhaven
4e Jachtvliegtuig Afdeling 12 G-1a vliegtuigen Vliegpark Bergen
 
2e Luchtvaartregiment
Ie Verkenningsgroep 1 C-10 vliegtuig Vliegpark Hilversum
4 C-5 vliegtuigen
4 FK-51 vliegtuigen
IIe Verkenningsgroep 7 C-5 vliegtuigen Vliegpark Ypenburg
5 FK-51 vliegtuigen
IIIe Verkenningsgroep 9 C-5 vliegtuigen Vliegpark Ruigenhoek 
4 FK-51 vliegtuigen
IVe Verkeningsgroep 7 C-V vliegtuigen Vliegpark Gilze-Rijen
3 FK-51 vliegtuigen
 
Jachtgroep
1e Jachtvliegtuigenafdeling 8 D-21 vliegtuigen Vliegpark Ypenburg
3e Jachtvliegtuigenafdeling 11 Douglas vliegtuigen Vliegpark Ypenburg
 

5. Luchtstrijd mei 1940

Operationele vluchten
De LuVA voerde tijdens de meidagen 171 operationele vluchten uit.
Op 10 mei 51, op 11 mei 31, op 12 mei 48, op 13 mei 23 en ten slotte op 14 mei nog 18 vluchten.

Verliezen van de LuVA
Op een totaal van 139 gevechtsklare toestellen ( aan de oorspronkelijke 125 werden later nog 14 toegevoegd) verloor de LuVA:

De LuVA verloor in totaal 94 vliegtuigen.
De resterende 45 machines werden grotendeels in brand gestoken.
75 militairen van de LuVA vonden de dood. Hieronder waren voorzover na te gaan 39 personen van het vliegend personeel. Bij de BomVa sneuvelden relatief de meeste vliegers.

6. Conclusie

De LuVA bevond zich op 10 mei 1940 nog in een opbouwfase en bestond daardoor nog uit grotendeels verouderde vliegtuigen.
De moderne jagers (D-21 en G1) leden op de eerste oorlogsdag direct al grote verliezen. Tegen een overmacht aan Duitse jagers viel niet te strijden.
De C-V en C-X lichte bommenwerpers brachten met hun bombardementsvluchten richting Waalhaven, Ockenburg en Ypenburg de Duitse transportvloot de nodige schade toe. De luchtdoelartillerie nam echter de meeste Ju-52s voor haar rekening.
De Nederlandse luchtverdediging werd in mei 1940 door de Duitsers onderschat. Zij was zeker niet te verwaarlozen. De LuVA heeft binnen deze luchtverdediging echter niet een vooraanstaande rol kunnen spelen.

7. Literatuur

8. Verdere informatie

Voor verdere informatie over de militaire luchtvaart in Nederland
kunt u kontakt opnemen met:

Nederlands Instituut voor Militaire Historie
Bezoekadres: Alexanderkazerne, gebouw 204
Van Alkemadelaan 357
2597 BA Den Haag
Postadres: Postbus 90701
2509 LS Den Haag
Telefoon: 070-3165836
Fax: 070-3165851
E-mail: nimh@mindef.nl

of met:

Documentatiecentrum Militair Luchtvaartmuseum Soesterberg
Afspraak per telefoon: 0346-338120
(geopend di t/m vr van 10.00 tot 16.30 uur)
Informatieverzoek: Postbus 184, 3769 ZK Soesterberg

Op Yahoo is al enkele tijd een groep over de Nederlandse luchtmacht in mei 1940 .